
Het kaasplankje als nagerecht
Als ik uit eten ga, dan kijk ik altijd als eerste of ze een kaasplankje als nagerecht op de kaart hebben. Ik hou namelijk niet van desserts omdat het voor mij al snel te zoet is en ik ben geen zoetekauw. Maar kaas kan ik de hele dag wel eten! Ik laat desnoods nog wat van mijn hoofdgerecht liggen om ruimte te houden voor de kaas 😉 Vind jij het leuk om een meergangendiner voor gasten te maken die ook van kaas houden, dan is dit een supermakkelijk nagerecht omdat je er niet veel voor hoeft te doen.
Tips
Hou voor een kaasplankje minimaal drie soorten kaas aan, maar liever nog vier of zelfs vijf. Ga uit van 150 tot 200 gram kaas per persoon in totaal, afhankelijk van het aantal soorten.
Belangrijk is dat je voor verschillende smaken kiest, van zacht naar (licht) pikant tot heel sterk. Zie verderop de opbouw van het ideale kaasplankje.
Haal de kaas een half uur voor het serveren uit de koelkast. Dit komt de smaak ten goede. Veel langer van tevoren kun je beter niet doen, want dan kunnen zachte kazen teveel gaan ‘lopen’ en harde kazen ‘zweten’.
Je kunt elke gast een eigen bordje met kaas geven, maar ook leuk is om alle kazen op een grote, houten plank te leggen zodat iedereen zelf stukjes kan afsnijden. Leg dan wel bij elke kaassoort een eigen kaasmesje, want de Fransen (die het kaasplankje hebben uitgevonden) zien het als een doodzonde als je met één mes verschillende kazen aanraakt. Ook de kazen zelf mogen elkaar niet raken.
Bij een kaasplankje worden altijd extra’s geserveerd, meestal iets zoets en iets van brood. Enkele voorbeelden: neutraal smakend brood, notenbrood, roggebrood, dunne crackers, druiven, appelstroop, dadelsalsa, vijgenjam, kweepeergelei, noten etc.
Het ideale kaasplankje
De opbouw van het perfecte kaasplankje gaat in smaak van zacht naar pikant tot heel sterk. De meest ideale combinatie is:
- Jonge, zachte geiten- of schapenkaas
- Witkorst romige kaas
- Halfharde of harde kaas
- Roodkorst kaas
- Blauwschimmelkaas
De kazen dienen bij voorkeur ook in deze volgorde worden gegeten. Wat ook logisch is, want na een stukje blauwschimmelkaas valt een stukje romige kaas in de mond helemaal weg. Met deze volgorde kun je uiteraard variëren tussen drie en vijf kazen of iets aangepaste soorten, zo lang de smaak maar wordt opgebouwd van mild naar sterk.
Suggesties
Hollands kaasplankje
Twijfelaar (zachte jonge kaas van koe-, geit- en schapenmelk)
Zachte, verse geitenkaas, bijvoorbeeld Bettine Blanc (witkorst, romig)
Kernhem (roodkorst, mild, zacht)
Gatenkaas, bijvoorbeeld Leerdammer of Maasdammer (halfhard, lichtzoet)
Oude of overjarige (Gouda) boerenkaas (brokkelig, pittig, zout)
Frans kaasplankje
Chèvres doux (zachte geitenkaas zonder korst)
Brie, camembert of reblochon (witkorst, romig)
Emmentaler (halfhard, lichtzoet), beaufort (hard, iets zoutig)
Port salut, Munster (roodkorst, zacht, licht pittig)
Roquefort, Bleu d’Auvergne (blauwschimmel, pittig, zacht)
Italiaans kaasplankje
Buffelmozzarella (zacht, romig melkachtig)
Taleggio (mild, zacht)
Provolone dolce (halfhard, lichtzoet), Provolone piccante (halfhard, licht pittig)
Pecorino of Parmigiano Reggiano (hard, zout)
Gorgonzola (blauwschimmel, pittig, zacht)
Wijn
Kaas en wijn combineren kan lastig zijn, zeker als je met verschillende smaken kaas te maken hebt. Rode wijn is al snel te overheersend bij kaas, dus kies bij voorkeur voor een frisse, witte wijn zoals Sancerre, Chablis of een willekeurige sauvignon blanc. Wil je toch rood, ga dan bijvoorbeeld voor een gekoelde beaujolais. Of ga eventueel voor port, wat licht zoetig is. Wil je meer weten of het combineren van kaas en wijn, lees dan deze blog.